.......-1200
50-270 ca. archeologie nederzetting in Ekeren |
Gallo-Romeinse periode |
250-650 ca. achterhaalde Duinkerke II-transgressie |
250 tot 650 na Chr.: Periode voorheen gekend als de 'Duinkerken-II transgressie', een achterhaalde visie over de lithostratigrafie van België en Nederland. De Duinkerke-transgressies gaven grootschalige schommelingen aan de kustlijn tijdens de Romeinse tijd en de vroege middeleeuwen. Uit nieuw onderzoek door o.a. Dr. Cecile Baeteman en Dr. Dries Tys blijkt echter 'dat het Vlaamse kustgebied in de loop van de Vroege Middeleeuwen een uitgestrekt wadgebied was dat enigszins vergelijkbaar is met het huidige Land van Saeftinge. Dit wadgebied was geen overstroomde watervlakte, maar een dynamisch en afwisselend geheel van de verschillende wadmilieus waarin de getijdengeulen een belangrijke rol speelden. Dit wadgebied was in tegenstelling tot de vroegere beeldvorming erg aantrekkelijk voor de mens, onder meer door zijn hoge graaspotentieel en zelfs ook landbouwmogelijkheden. In dit onbedijkte landschap, waar de invloed van de getijden langzaam afnam, verscheen individuele en collectieve bewoning vanaf de 7de/8ste eeuw [...]' Door de holocene zeespiegelstijging deed er zich in de rivier- en beekvalleien langs de Schelde een belangrijke ontwikkeling van veen voor. Het landschap ten noorden van de Antwerpse binnenstad kan in deze periode worden voorgesteld als een groot veenmoeras dat in de loop van de volle middeleeuwen wordt ingepolderd tot natte hooiweiden. De invloed van de getijden was minimaal tot in de late middeleeuwen. Het is pas met het uitschuren van de Honte, omdat het helde getijdenlandschap van de kust en van Zeeland bedijkt was, dat er maritieme invloed kwam op de Schelde waardoor de rivier verbreedde tot wat we nu kennen. (Met dank aan dhr. Dries Tys, meer informatie & beknopte literatuurlijst) lees bv. ook: [weerts-2006] |
400-600 ca. Franken |
400-600 ca.: « Toen tussen 400 en 600 de Franken zich hier kwamen vestigen, ontstonden in de omgeving ook andere plaatsen zoals Merksem, Mortsel, Berchem, Hoboken en Haringrode. » [wit_1, p.7 (Inge Schoeps: "1200 jaar Antwerpen, de Antwerpenaren en hun rijke verleden", 1996)]. |
700 ca. Andoverpis |
Oudste vermelding van de naam 'Andoverpis' in een geschreven bron, de Vita Eligii uit het begin van de achtste eeuw (mogelijk ca. 700). De naam laat zich verklaren als 'tegen een oever aangeworpen' of als 'tegenoverliggend aan aangeworpen land'. Dit aangeworpen land kan zowel op de rechter als linkeroever gesitueerd worden. [Verhulst-1978] |
739 Willibrordus |
739: Overlijden van bisschop Willibrordus (heilige Willibrordus, Sint-Willibrordus). [warmenbol-feit-1987, p.174]. |
850-1050 stratenaanleg |
850 tot 1050: De alleroudste straten worden met houten balken en planken gelegd. |
978 Schelde Rijksgrens |
978: Tractaat van Margut-sur-Chiers, gesloten tussen Frankrijk en het Duitse Rijk, de Schelde wordt als scheidslinie genomen tussen Neustrië en Lotharingie [Lotharingen]. [prims-asia31, p.55]. |
1000 millenniumvrees |
1000: Middeleeuwse angst voor de ondergang van de wereld. [Zie: prims-asia35, p.377-383, "Onze nieuwjaarsdatum"]. |
1070 (voor) handel: Engeland, Rijnland, Brugge, ... |
1070 (voor): Antwerpse handelaars bezoeken Koblenz. Eerder in de eeuw werden Antwerpenaren in Londen gesignaleerd. Antwerpen speelt - tot in de 13e eeuw - maar een bescheiden rol in de economische activiteit tussen Engeland en het Rijnland. Belangrijker zijn het Vlaamse Brugge en andere Brabantse steden en er is het concurrerende Keulen. [scaldis-1956, p.1] - [opm.: 1104: "Keizer Hendrik IV bepaalt de tollen te Coblenz te betalen o.a. door die van Antwerpen (Höhlbaum, "Hans. Urkundenbuch", I, 5)" [prims-gva-II,4, p.9]]. |
1116 Sint-Joriskapel vermelding Oorderen |
1116: Mogelijk bestond reeds de Sint-Joriskapel in Antwerpen. In 1304 zal de kapel de status van kerk krijgen (Sint-Joriskerk). [bouwen-3nb, p.XVI]. |
1119 Scheldedijk/Zeedijk tienden van Waterland vermelding Berendrecht vermelding Zandvliet |
vóór 1119: Ontstaan van de eerste 'zeedijk' of 'Scheldedijk' langsheen de Antwerpse Noorderpolders (Hoge polder). [prims-asia33, p.393]. |
1120-1123, 1124 Sint-Michielsabdij Onze-Lievevrouwekerk |
(ergens in de tijdspanne 1120-1123): Norbertus werd aangezocht om in Antwerpen een hervorming te prediken waarbij godsvrucht en aanbidding van het Heilig Sacrament vooropstonden. |
1124 Lillo |
1124: Oudste vermelding van de naam Lillo (als 'Linlo'). [wit_26, p.621]; [prims-asia33, p.390: Prims, in 1933, stelt nog het jaartal 1124 voor Berendrecht (nu 1119) en Oorderen (nu 1116)]. |
1125 klimaat: stenge winter hongersnood |
1125, klimaat: strenge winter |
1130-1133 stichting abdij Tongerlo |
1130-1133: Bisschop Burchard van Kamerijk sticht de abdij van Tongerlo en vermeld tussen de aanvragers 'Waltmannus, Antwerpensis abbas'. Ook diens zegel wordt vermeld. Abt Waltman was de eerste abt van de pas gestichte Antwerpse Sint-Michielsabdij. (origineel in bezit van abdij van Tongerlo) [prims-gva-II,4, p.10].xx |
1134 stichting abdij Averbode |
1134: De graaf van Loon vraagt aan de Sint-Michielsabdij te Antwerpen norbertijnen voor een nieuwe stichting in Averbode. Hij schenkt hen een op zijn gebied bestaande kapel, toegewijd aan Sint-Jan de Doper. |
1146 vermelding Ossele (Wilrijk) vermelding Haringrode |
1146: vermelding van Ossele (Wilrijk?). [prims-asia51, p.202]; Van Passen en Roelants signaleren een vroegste vorm in een kopie van een 13de eeuw document "de terra apud ossele ... quos soluit Gerungus pr(es)b(yte)r de Wilrike ... ". Het is de vroegste benaming voor het Oosterveld. Wel merken ze op dat migratie van de benaming zou kunnen voorkomen, ze denken hier aan het Kontichse Ossele, later Groeningenhof. [topo-wilrijk-1967, p.161-162].
|
1148 Haringrode |
1148: ('Haringrode') « Nu vernemen we uit een oorkonde van 1148 dat de abdij van Sint-Michiels een "curtis" bezit van 24 bunders te Harinkrode en een andere, geheeten "nova curtis" van 26 bunders "juxta Harincroth". Het worden twee "grangiae" (1157). Deze 50 bunders op of bij Harinkrode waren vrij van tiendenrecht, dank zij een bijzondere overeenkomst met O.L.V. Kapittel in 1124. [...]. We hebben deze Sint-Michielsgoederen kunnen terugvinden met behulp van het Landboek der abdij van 1676. [...]. Uit deze akten is het ook klaar dat in de XIIde eeuw de Harinc'rode' reeds had opgehouden als eenheid te bestaan, en wellicht reeds sedert lang. » [prims-litteekens-1940, p.120]. |
1148-1155 Norbertinessen |
Tussen 1148 en 1155 verhuizen de Norbertinessen van de Sint-Michielsabdij naar een gebouw in de Munsterstrate (de actuele Grote Pieter Potstraat). [prims-asia28, p.136]. |
1155 vermelding ingedijkt land: Steenborgerweerd vermelding Malos vermelding Ekeren vermelding Wilmarsdonk |
1155: De oudste vermelding van ingedijkt land in het Antwerpse is die van 1155 van de Steenborgerweerd. [Prims-Merksem-1951, p.103]; <1157??? - zie vdw-1977, p.451 = prims-gva-I, p.65]. |
1155 Coestelle - Kastelweg Noorderpolders Steenborgerweerd Sint-Michielsabdij |
1161: Oorkonde van hertog Godfried waarbij de Antwerpse Sint-Michielsabdij het bezit verzekerd krijgt van diverse goederen in de polders. In de opsomming komt voor het eerst de naam 'Costele' voor, waardoor 'Koestelle' (Costelle, Coestelle, later verbasterd naar Castel of Kastel en zelfs Kasteel) als gehucht van Oosterweel ouder opklimt dan het laatst genoemde polderdorp. Rond 1280 zal de betekenis van de benaming al verloren raken, een gevolg van de inpoldering; een stelplaats of schuilplaats voor vee op een uitzonderlijk hoger gelegen terrein was dan achterhaald. |
1164 'burggraaf Alarik' |
1164: De Antwerpse geschiedschrijver Butkens, auteur van de gefantaseerde 'Kronijk van Middelburg' - die hij ook publiceerde, voert hierin voor anno 1164 een verzonnen eerste Antwerpse burggraaf Alarik ten tonele. Stadssecretaris Valckenisse benutte voor zijn eigen kroniek handschriften van dezelfde Butkens, waarin deze de fantasie nog verder lijkt te hebben gedreven. En op zijn beurt putte Pieter Génard uit Valckenisse om zijn lijst van burggraven te vervolledigen. "Helaas al legendarisch gedoe!" bemerkt Floris Prims. In werkelijkheid was er een door de hertog aangestelde kastelijn, en deze was niet eens edelman in de eerste eeuwen van het markgraafschap. Als de titel 'castellanus de Antwerpia' voor het eerst vermeld wordt, in 1271 - voor Arnold V, heer van Diest - is het al een vergroeide eretitel die aan geen ware functie meer beantwoordt. [prims-asia28, p.157] |
1176-1200 klimaat: klimaat Optimum |
1176 tot 1200: Samen met de periode 1226 tot 1250 waren deze jaren de warmste in duizend jaar in West-Europa. (Klimaat Optimum) |
1184 Sint-Walburgiskerk |
1184 (ca.): De Sint-Walburgiskerk in de Antwerpse burcht, Oorderen, Lillo en Berendrecht horen tot de bezittingen van het Onze-Lieve-Vrouwekapittel (D. I, 176). [prims-gva-II,4, p.29] |
1194 Antwerpo Castello |
1194: Het klooster van Echternach schrijft aan keizer Hendrik IV in verband met de haar ontvreemde goederen; de naam Antwerpen wordt vermeld: "Ut enim taceamus de Antwerpo castello et ceteris ..." (Sloet, "Gelre", nr.380) [prims-gva-II,4, p.10-11]. |
1196 hertogelijk ambtenaar: schout Willem van Liere |
1196: Willem van Liere, schout. [Guicc-idyll-1987, n269, p.64] |
1200 achternamen Steen & burchtmuur ![]() |
Begin 13de eeuw: eerste gebruik van familienamen. |